Kleurcode zelfinducties
Welke electronica-hobbyist kent ze niet, de miniatuurspoeltjes die op het eerste gezicht op gewone weerstandjes lijken. Ze komen erg goed van pas bij schakelingen waarin goed gedefinieerde zelfinducties in het μH-bereik gebruikt moeten worden (filters, oscillators). Bijkomend voordeel is dat deze spoeltjes veel gebruikt werden/worden in audio/TV apparatuur. Controleer dus eerst uw oude printen van oude TVs/radio’s op de aanwezigheid van deze spoeltjes voordat u ze aan het grof vuil toevertrouwt.
Maar hoe bepaal je nu de zelfinductie van de spoeltjes, zodat je ze kunt hergebruiken ? Dat is erg eenvoudig; fig. 1 laat de opbouw van de kleurencode zien. Let op, het is een Angelsaksische tabel; de punten worden Hollandse komma’s en de komma’s punten.
De figuur hieronder laat een spoeltje zien met de code rood-rood-zilver-zilver.
Het gaat hier om een 2 (rood) 2 (rood) x 0,01 μH (zilver) = 0,22 μH exemplaar met een tolerantie van ± 10% (laatste ring is zilver).
Nog een aantal voorbeelden ?
Kleurencode |
Zelfinductie |
Rood-rood-zilver (22 x 0,01) |
0,22 μH |
Bruin-zwart-goud (10 x 0,1) |
1 μH |
Rood-rood-goud (22 x 0,1) |
2,2 μH |
Geel-lila-goud (47 x 0,1) |
4,7 μH |
Bruin-zwart-zwart (10 x 1) |
10 μH |
Rood-rood-zwart (22 x 1) |
22 μH |
Bruin-zwart-bruin (10 x 10) |
100 μH |
Rood-rood-bruin (22 x 10) |
220 μH |
Bruin-zwart-rood (10 x 100) |
1000 μH |
In de junkbox vond ik nog wat exemplaren:
Naast de EIA (“Electronic Industries Alliance”) standaard bestaan er overigens nog meer standaarden. Een veel gebruikte is de militaire standaard die van 1 extra kleurenband gebruik maakt (zie URL hieronder)
Bron: http://www.pronine.ca/indcode.htm