Terugkeer van de gloeilamp

lampje

lampjeOverleeft Lampje, Willie Wortels kleine helper, de 21ste eeuw? Als het aan de EU ligt, is het definitief einde oefening voor hem en mag hij lekker achter de geraniums gaan zitten schijnen.

 

 

 

Sinds Edison hem zo rond 1880 commercieel levensvatbaar en een sensatie maakte, is de gloeilamp een vertrouwd onderdeel van ons culturele landschap en van onze verbeelding geweest. Ook in de taal zijn er sporen te over: er gaat je een licht op, je krijgt een lumineus idee, je loopt tegen de lamp. De kaars was nooit zo centraal, de gaslantaarn evenmin. Geen van beiden werd een icoon. Maar de gloeilamp wel. In zijn vorm kun je een hoofd zien, wat voor ons, erfgenamen van de Verlichting, natuurlijk treffend symbolisch is. En zo belandde hij zelfs via Disney in de kinderkamer, als een zwijgend maar markant figuurtje.

Los van alle associaties, is de glorie van de gloeilamp natuurlijk zijn warme licht. Het grote nadeel, en dat breekt hem nu op, is het rendement: maar 5 à 10 % van de gebruikte energie wordt in licht omgezet, de rest is warmte. Niet echt energiezuinig dus, in onze financieel krappe en ecologisch denkende tijden. Vandaar sinds 2009 het offensief van de EU en de schijnbaar onstuitbare opmars van de ledlamp.

Maar milieumaatregelen maken soms meer kapot dan je lief is, want niet iedereen is helemaal gelukkig met deze ontwikkeling, ondanks alle vooruitgang in lichtkleur die de leds al hebben geboekt. In een flatcomplex in Delft, is onlangs de verlichting vernieuwd. Hallen, trappenhuis, gangen, ze ogen nu klinisch. Een nieuwe telefoonwinkel om de hoek heeft een ledplafond en is de sfeerloosheid zelve. En wist je dat leds soms ook worden ingezet om hangjongeren te verdrijven? Het schijnsel accentueert de ongerechtigheden van hun huid. Daarnaast hebben wij natuurlijk nogal last van de storingen die de – vooral goedkope – led lampen produceren en die onze ontvangst ongenietbaar maken.

Zou een gloeilamp 2.0 niet iets zijn, waarin lichtkleur en efficiëntie het ideale huwelijk sluiten? Wel, volgens een artikel in Nature Nanotechnology werken onderzoekers van het MIT hier al aan, mede in opdracht van DARPA, de onderzoekstak van het Amerikaanse leger. Waarvoor? Meer gezelligheid in de mess? Hoe het ook zij, het is een loffelijk streven.

Hoe het werkt? Zeer ingenieus, door de restwarmte als het ware te recyclen tot licht. De gloeidraad is voorzien van een ‘fotonisch nanokristal’, dat zowel filtert als spiegelt: zichtbare golflengtes laat het door, maar het infrarode licht kaatst het telkens naar de gloeidraad terug, totdat deze, heter en heter, dat als zichtbaar licht gaat uitzenden. De onderzoekers denken dat de gloeilamp-nieuwe stijl uiteindelijk een efficiëntie van 40 % kan opleveren. Ze haalden nu 6,6 %.

Wordt de werkloosheid van Lampje meer een langdurige sabbatical? De toekomst zal het leren.