Foutje bedankt: maar 153 amateurs in België

Belgische vlag

belgische vlagDe belgische krant De Zondag beweert in een artikel dat er maar 153 radio amateurs zijn in België.

 

 

 Onder de kop "Vergunningen radioamateurs op 5 jaar tijd drastisch gedaald" verkondigde de krant "De Zondag" op 27 januari zeer dramatisch dat er nog maar 153 radioamateurs waren in België!
Na wat opzoekwerk bleek de bron van deze cijfers het antwoord op een parlementaire vraag van Roel Deseyn (federaal volksvertegenwoordiger) te zijn.

 

 dezondag

 

Wie het antwoord aandachtig leest weet dat er vorig jaar 153 NIEUWE VERGUNNINGEN zijn uitgereikt en dat er in België 4702 roepnamen zijn toegewezen aan individuele personen. Vermoedelijk zijn de "vanity calls" hier inbegrepen, er zijn dus iets minder radioamateurs. Maar in elk geval veel meer dan 153.
Eergisteren verscheen in hetzelfde weekblad een rechtzetting dat er ongeveer 5000 radioamateurs zijn in België, maar in één moeite werd een nieuwe blooper gelanceerd door te stellen dat het getal 153 slaat op het aantal radio-omroepen (vrije zenders).
Blijkbaar slaagt men er niet in om een tekst van enkele bladzijden, met bijhorende tabellen, correct te interpreteren en weer te geven.

Het antwoord op de parlementaire vraag bevat ook interessante cijfers over de slaagkansen:

 

Basisvergunning
Jaar
Nederlandstaligen
Franstaligen
Totaal NL
Totaal FR
Totaal
 
Geslaagd
Niet geslaagd
Geslaagd
Niet geslaagd
 
 
 
2014
105
40
30
27
145
57
202
2015
79
30
38
11
109
49
158
2016
56
17
28
7
73
35
108
2017
78
30
24
22
108
46
154
2018
59
21
35
15
80
50
130

HAREC
Jaar
Nederlandstaligen
Franstaligen
Totaal NL
Totaal FR
Totaal
 
Geslaagd
Niet geslaagd
Geslaagd
Niet geslaagd
 
 
 
2014
38
7
4
13
45
17
62
2015
41
30
4
9
71
13
84
2016
22
15
6
6
37
12
49
2017
36
35
13
16
71
29
100
2018
42
33
6
7
75
13
88

De voorbije 5 jaar namen 752 kandidaten deel aan het examen basisvergunning, waarvan er 532 slaagden (= 71%). In dezelfde periode daagden er 383 kandidaten op voor het HAREC examen, waarvan er 212 slaagden (= 55 %).
Voor beide examens zijn er grote verschillen van jaar tot jaar, zowel in aantal kandidaten als in slaagcijfers.
Voor de basisvergunning varieert het aantal kandidaten per jaar tussen 108 en 202 en het slaagcijfer tussen 66% en 78%.
Voor de HAREC vergunning zijn de verschillen nog frappanter. Hier varieert het aantal kandidaten per jaar tussen 49 en 100 en het slaagcijfer tussen 49% en 68%!
Er zijn ook verschillen per taalgroep. Voor het examen basisvergunning waren 68% van de kandidaten Nederlandstalig en 32% Franstalig, wat min of meer een weerspiegeling  is van de taalverhouding in de UBA. Voor het HAREC examen waren echter 78% van de kandidaten Nederlandstalig en slechts 22% Franstalig.

Interessant om weten is dat in de parlemenaire vraag ook noodcommunicatie aan bod kwam. Hieronder de vragen en antwoorden:

Zal de samenwerking met de radioamateurs versterkt worden voor noodcommunicatie?
Er is in de samenwerking tussen radioamateurs en nooddiensten voorzien in de nieuwe versie van het koninklijk besluit (artikel 17/7).

In welke mate is het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicatie (BIPT) zelf actief op deze banden?
Het BIPT mag de radioamateurbanden gebruiken in de uitoefening van zijn opdrachten: het beschikt daartoe over de nodige bevoegdheden en het nodige materiaal. Bovendien zijn verschillende leden van zijn personeel ook persoonlijk radioamateur.

Bij welke noodsituaties waren radioamateurs of medewerkers van het BIPT betrokken? Voor welke soorten communicatie is dit medium geëigend in dergelijke omstandigheden?
Tijdens het Heizeldrama van 29 mei 1985 en de schipbreuk van de Herald of Free Enterprise op 6 maart 1987 is er dagenlang een beroep gedaan op radioamateurs voor de communicatie van de nooddiensten.

De radioamateurs mogen een alternatief netwerk opzetten om het gebrek aan traditionele elektronische-communicatiemiddelen te verhelpen of aan te vullen. Behalve het feit dat het kan beschikken over een flexibele omvang (gaande van een welbepaald gebied tot satellietverbindingen) gaat het vooral om een gedecentraliseerd netwerk voor radiocommunicatie waarbij de stations autonoom zijn (met name elektrisch gezien), waardoor het in aanzienlijke mate veerkrachtig is. De dienstkwaliteit alsook de vertrouwelijkheid van de gegevens zullen evenwel moeilijker te waarborgen zijn. 

Op zijn website benadrukt Roel Deseyn ook de rol die radioamateurs kunnen spelen in noodsituaties.