Zon-nieuws

Flare

flareZon-nieuws

En weer ging een week voorbij zonder zonnevlekken. Na het vaststellen van de eerste zonnevlek van cyclus 24 hopen we er natuurlijk meer te zien zodat cyclus 24 ook daadwerkelijk begonnen is en we cyclus 23 af kunnen sluiten. Hoe zien de condities eruit de komende week? Nou, de verwachting voor de geomagnetische condities is tot eind deze maand in elk geval "quiet", en de eerstvolgende geomagnetische verstoring wordt op 1 februari verwacht. Waarschijnlijk zien we weer wat zonnevlekken tussen 28 januari en 3 februari.

 

Het Geophysisch Instituut in Praag voorspelt quiet condities tussen 20 en 24 januari. Het aantal zonnevlekken tussen 10 en 16 januari was 0, 0, 0, 0, 0, 0 en 0 met een gemiddelde van 0. De 10.7 cm flux was 75.7, 76, 75.7, 75.3, 75.6, 73.7 en 72.9 met een gemiddelde van 75. De geschatte planetary A indexen waren 3, 2, 9, 11, 16, 8 en 11 met een gemiddelde van 8.6. De geschatte mid-latitude A indexen waren 2, 2, 4, 9, 14, 7 en 9, met een gemiddelde van 6.7.

Hoe zit dat nou met die A en K indexen? De K index is logarithmisch en de A index is lineair, en er zit een verband tussen die twee. De K indexen worden elke 3 uur gegeven, terwijl de A index-waarden over een periode van 24 uur berekend worden. In hoeverre worden deze indexen nu gebruikt en wat vertellen ze ons nou precies?

Gebaseerd op 3 uur magnetische waarnemingen wordt een bepaalde magnetometer of een groep magnetometers gebruikt om de verandering in nanoTeslas te meten, — een internationale eenheid voor het meten van magnetisch flux. De K index is gebaseerd op veranderingen in de fluxdichtheid gedurende een periode van 3 uur; het verschil tussen de hoogste en de laagste waarden van de magnetometer worden omgezet in een semi-logarithmische schaal die loopt van 0-9, wat een K index oplevert tussen 0 (Heel erg stil) en 9 (extreme magnetisch storm).

Een voorbeeld daarvan zie je in de Boulder K index, zoals die door WWV gepubliceerd wordt. Merk op dat aan het eind van het K index rapport de waarde ook in nanoTesla (nT) gegeven wordt. Aan het einde van een UTC dag (middernacht in Greenwich) wordt een nieuwe A index gerapporteerd, gebaseerd op de laatste 8 K index waarden. Zie ook dit nomogram dat de relatie tussen de A en de K index weergeeft. Zoals je ziet, als de K indexen over een hele dag gemiddeld 2 zijn, dan wordt de A index voor die dag 7. Maar als het gemiddelde 3 is, komt dat overeen met een A index van 15, en een gemiddelde van 4 maakt 27. Een tabel met verschillende A en K index waarden vind je hier.

Beiden worden afgeleid van dezelfde magnetische waarnemingen, maar de A index is voor een hele dag en heeft een uitgebreidere schaal. Als deze getallen laag zijn, verwachten we minder absorptie — en over het algemeen betere propagatie — van radiogolven. Maar soms betekent een verhoogde magnetische activiteit verbeterde VHF condities, en daardoor goede propagatie van 6 meter signalen. Omdat er elke 3 uur een nieuwe K index verschijnt, geeft deze index een meer directe aanwijzing of de condities snel veranderen. Dus als WWV een K index van 2 rapporteert, en 3 uur later rapporteren ze een K index van 5, dan geeft dat een heftige gebeurtenis aan, zoals een naar de aarde gerichte zonne uitbarsting, of een sterke uitbarsting van zonnewind met als gevolg een geomagnetisch storm.