Zon koelt af, maar niet genoeg

Flare

FlareOver 32 jaar zal de zon volgens een nieuw onderzoek naar schatting zeven procent koeler zijn dan normaal. De zon gaat dan door een periode van verminderde activiteit, het zonneminimum, in haar cyclus van gemiddeld elf jaar. In 2050 zou dat uitzonderlijk zijn, een ‘Groot Minimum’,  zoals maar eens om de 400 jaar voorvalt. Maar een halt toeroepen aan de global warming, dat zit er niet in.

 

Op het hoogtepunt van de meestal standvastige cyclus stoot de zon meer ultraviolette stralen uit met als gevolg meer zonnevlammen en -vlekken. Op het dieptepunt is die zonneactiviteit gering. Een langere periode van een ‘grand solar minimum’ is het zogenaamde Maunderminimum, van 1645 tot 1715. Toen waren er 70 jaar lang buitengewoon weinig zonnevlekken te zien en was het uitzonderlijk koud. In 1658 was de Baltische Zee zelfs bevroren: het Zweedse leger kon toen tot Denemarken marcheren om het land binnen te vallen. In Engeland kon je over de Thames lopen.

Dan Lubin van de University of California San Diego en zijn team legden dat Maunderminimum naast gegevens die de satelliet International Ultraviolet Explorer de voorbije 20 jaar verzamelde. Op basis daarvan en van het gedrag van gelijkaardige sterren als de zon concludeert het onderzoek dat de volgende koude spiraal de zon zeven procent meer dan het normale minimum zal verzwakken en afkoelen. Zo’n ongewoon koudere periode zou maar om de vierhonderd jaar voorkomen, maar volgens de studie zal de daaropvolgende zich al na een paar decennia aanbieden.

De veranderende zonneactiviteit heeft een invloed op onze planeet. De stratosferische ozonlaag zal uitdunnen, weet Lubin, wat het isolerend effect van de atmosfeer zal wijzigen, met gevolgen voor de weers- en windomstandigheden op aarde (en voor de condities -red). Maar de invloed op global warming zou erg beperkt zijn. Tussen 2020 en 2070 zou de opwarming van de aarde met amper 0.25 procent afnemen. “Een toekomstig groot zonneminimum zou de opwarming van de aarde kunnen vertragen, maar niet stoppen”, schrijven de onderzoekers. 

Lubin besluit: “Nu hebben we een benchmark waarmee we betere klimaatmodelsimulaties kunnen uitvoeren. We kunnen zo een beter beeld krijgen van de manier waarop veranderingen in de UV-straling van de zon de klimaatverandering beïnvloeden.”