Voyager 1 stuurt niet langer wartaal door naar de aarde

voyagerreverse
voyagerreverse

Voyager 1, de ruimtesonde die het verst van de aarde verwijderd is, stuurt opnieuw bruikbare gegevens door. Sinds november bestond de communicatie naar de aarde enkel nog uit wartaal.

 

Ingenieurs van de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA zijn erin geslaagd om de schade te herstellen. En dat is opmerkelijk, want de technologie op de intussen 46-jarige Voyager 1 is naar moderne normen hopeloos verouderd. De sonde bevindt zich op 24 miljard kilometer afstand van de aarde.

De Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA haalt opgelucht adem: na maanden van nonsens stuurt ruimtesonde Voyager 1 opnieuw bruikbare data door. En dat is om meerdere redenen bijzonder. Voyager 1 is intussen al 46 jaar oud, maar vooral, het is het ruimtetuig dat het verst van de aarde verwijderd is.

Hoe ver dan? Een duizelingwekkende 24 miljard kilometer. Dat is, voor alle duidelijkheid, een 24 met 9 nullen. Uitgedrukt in meters: een 24 met 12 nullen. Zo ver dat radiosignalen die Voyager 1 uitzendt, er 22,5 uur over doen om de aarde te bereiken. De technologie aan boord is naar moderne normen hopeloos verouderd, en toch is Voyager 1 nog altijd relevant voor de wetenschap.

Voyager 1 werd gelanceerd op 5 september 1977, een tweetal weken na zustersonde Voyager 2. Hun voornaamste missie: Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus bestuderen, de planeten die van de aarde bekeken aan ‘de buitenkant’ van ons zonnestelsel liggen. Die missie volbrachten ze in 1989. Ze leverden de NASA nooit eerder geziene beelden en inzichten over de buitenste planeten. Zo onthulde Voyager 1 dat naast Saturnus ook Jupiter ringen heeft en bracht hij manen van Jupiter gedetailleerd in beeld.

De Voyagers bleven doorgaan. De NASA dirigeerde hen naar de uiterste grenzen van ons zonnestelsel. In augustus 2012 verliet Voyager 1 de heliosfeer, de ‘bubbel’ gevormd door het magnetische veld van onze zon en de wind die onze zon uitstoot.

Het was het eerste door mensen gemaakte object dat de zogenoemde interstellaire ruimte betrad, de ‘soep’ waar onze zon en haar planeten zich door bewegen, gevuld met gas, stof en magnetische velden. De Voyager 2 volgde in 2018.

Voyager 1 en 2 blijven nuttige bijdrages leveren aan de wetenschap. Het is opmerkelijk dat ze nog altijd bruikbare data doorsturen, gezien de sterk verouderde technologie. Zo werken de sondes met 8-sporenbandopnemers (tapes dus), hebben ze 3 miljoen keer minder geheugen dan de gemiddelde smartphone en versturen ze hun data zo’n 38.000 keer trager dan 5G.

De NASA is er tot nog toe altijd in geslaagd om occasionele ‘ouderdomskwaaltjes’ op te lossen door documenten van tientallen jaren oud te doorploegen of gepensioneerde collega’s te raadplegen.

In november vorig jaar begon Voyager 1 wartaal door te sturen naar de aarde. De binaire code (de reeks 0-en en 1-en die hij gebruikt om te communiceren met de aarde) was niet meer logisch. Ingenieurs van het Jet Propulsion Laboratory (JPL) van de NASA probeerden te achterhalen wat er aan de hand was. En dat kostte enkele maanden van “inventief speurwerk”.

In maart stuurde het Voyager-team een digitale ‘por’ naar Voyager 1. Het systeem dat vluchtgegevens bijhoudt, stuurde een volledige uitlezing van het geheugen terug. Op basis daarvan zagen ingenieurs dat er een beschadigde code zat op een chip. Die verhinderde dat Voyager 1 zijn wetenschappelijke en technische gegevens deftig kon ‘verpakken’ voor hij ze naar de aarde verstuurde.

Een chip met een kapotte code repareren of herstellen is uiteraard niet mogelijk. De ingenieurs beslisten daarom om de kapotte code te verplaatsen naar een andere plaats in het geheugen. En dat is makkelijker gezegd dan gedaan, omdat de technologie op Voyager 1 al erg oud is.

Op 18 april stuurden de ingenieurs van op de aarde een ‘fix’ door. En dan was het 2 dagen nagelbijten. Het duurt immers 22,5 uur om de Voyager te bereiken, en dan nog eens 22,5 uur voor de Voyager om een reactie te sturen.

Afgelopen zaterdag kon het team echter juichen. Uit de reactie van Voyager 1 bleek dat hun aanpassing werkte. De ingenieurs kregen bruikbare informatie over de gezondheid en de status van de technische systemen van de ruimtesonde. Wetenschappelijke data lezen lukt nog niet. In een volgende stap zal het team andere software herstellen, zodat ook dat opnieuw lukt.

Dat de opluchting groot was, mag blijken uit de foto die JPL plaatste bij de bekendmaking van het herstelde contact met Voyager 1. Naast applaus en gejuich zien we ook donuts op de tafel om het goede nieuws te vieren.

Voyager 1 en 2 naderen stilaan de respectabele leeftijd van 50 jaar. Hoelang ze nog zullen functioneren, en in welke mate ingenieurs in staat zullen blijven om problemen te herstellen, is onduidelijk. De NASA hoopt nog enkele jaren kostbare gegevens over de interstellaire ruimte te kunnen verzamelen.

Doordat ze zo ver van de zon verwijderd zijn, kunnen de sondes geen energie halen uit zonnepanelen. In de plaats daarvan zetten ze de warmte die wordt geproduceerd door het natuurlijke radioactieve verval van plutonium om in elektriciteit om de systemen van stroom te voorzien.

Voyager 1 en 2 reizen door de interstellaire ruimte met een snelheid van 15 kilometer per seconde. Het zou hen met deze snelheid nog altijd tienduizenden jaren kosten voor ze een ster bereiken. Vermoedelijk zullen de sondes over een tiental jaar te ver weg zijn om nog met ons te communiceren.

 

Geef een reactie